Pagina's

zondag 4 maart 2012

De modernistische uitvinding van het Judeo-Christendom

Sinds het einde van WO II worden we van alle kanten gebombardeerd met referenties tot de Westerse "Judeo-Christelijke religie" en "ons Judeo-Christelijk erfgoed". Politici doen geregeld beroep op deze principes en zelfs religieuze leiders gebruiken de term alsof het een vanzelfsprekende waarheid is. Dit concept is zo heilig dat zelfs seculiere leiders er vaak aanspraak op maken. In feite is het Judeo-Christendom in Amerika bijna seculier en bijna altijd genoemd naast concepten zoals vrijheid, gelijkheid en democratie - allen concepten die eveneens geheel seculier zijn van nature.

In de seculiere wereld maken zelfs liberale atheïsten aanspraak op hun vermeende Westerse "Judeo-Christelijke wortels". Zij kunnen nooit exact benoemen wat deze wortels en waarden nu eigenlijk zijn. In feite gaan sommige liberalen hierin zo ver dat ze stellen dat zaken die inherent anti-Christelijk zijn, een gedeelte van die traditie uitmaken, dit gebaseerd op een gebrekkig begrip van de Christelijke geschriften. We weten echter dat de waarheid niet zo relatief is. Het verandert niet afhankelijk van de spreker en dus moet er iets zeer onjuist zijn aan de manier waarop het Judeo-Christendom wordt gepresenteerd of hoe het door de elites geïmplementeerd wordt.

Een religie als Judeo-Christendom bestaat niet. Judaïsme is een religie die compleet los staat van het Christendom en in feite was het een afwijzing van Jezus Christus als de Messias. De Talmoed - het tweede heiligste boek van het Judaïsme - refereert aan Jezus en zijn moeder Maria in ondubbelzinnig harde taal; zij noemen hem een valse profeet en prediken haat jegens alle Christenen. Uiteraard in deze moderne tijden zijn er weinig Joden en nog minder Christenen die van de Talmoed weten, maar het Talmoedische sentiment is nog steeds aanwezig op de hoogste niveaus van het Joodse leiderschap.

Het is waar dat het Judaïsme en Christendom het "Oude Testament" delen. Echter de interpretaties van het Oude Testament verschillen sterk tussen de Christenen en de Joden. Volgens Justinus de martelaar was de reden van Christus "het herstellen van de ware religie en de hypocrisie van de Farizeeën aan de kaak te stellen." Bijgevolg plaatst het Judaïsme zich vanaf het begin af aan als vijandig en als tegenstelling tot het Christendom en blijft het de komende twee eeuwen die richting vasthouden. Thomas Aquinas, een schrijver uit de 13de eeuw, geloofde dat de morele voorschriften in de Bijbel ouder waren dan zijn creatie, omdat deze door God gemaakt waren. Andere voorschriften zijn ceremonieel en juridisch en waren vastgelegd in de tijd van Mozes voor een specifiek volk en een specifieke tijd (in dit geval de oude Hebreeuwen). Daarom waren deze tot de komst van Christus niet bindend voor niet-Hebreeuwen die zich tot het Christendom bekeerd hadden. Dit omdat het nieuwe verbond dat door Christus was vastgelegd het instrument was waardoor God zijn genade en verzoening aanbood aan de mensheid.

De anti-Christelijke natuur van het moderne Judaïsme is een zaak waar Joodse geleerden het onderling over eens zijn. Dit zeer prominente en definiërende aspect van het Judaïsme is feitelijk wat het definieert als religie. Het is echter meer dan een theologisch geschil dat het Judaïsme onderscheidt en wat Judeo-Christendom een onhistorisch concept maakt. In zijn boek "Jezus van Nazareth" spreekt Joseph Klausner het Joodse standpunt uit dat de leer van Christus onverenigbaar is met de geest van het Judaïsme. De Zionistische intellectueel Gershon Mamlak claimt dat het Christendom in een direct conflict is met de rol van het Judaïsme als het Joodse volk. De Joodse schrijver Joshua J Adler geeft toe dat "de verschillen tussen Christendom en Judaïsme veel groter zijn dan enkel het geloof dat de Messias al verschenen is of nog moet komen."

Als men van mening is dat alle religies ter wereld in feite verschillende openbaringen zijn van het Goddelijke, waardoor de mens een hogere realiteit leert kennen, dan volgt hieruit dat de diabolische pogingen om deze unieke, antieke en Goddelijk ingestelde patronen te verstoren een ernstige vergissing zijn. De constante politiek gemotiveerde idealen van de denkbeeldige entiteit die het "Judeo-Christendom" is zijn volledig anti-traditioneel vanwege haar ultra-modernistische theologie. Feitelijk is het Judeo-Christendom gezien de omvangrijke geschiedenis van anti-Christelijke houdingen van Joodse leiders en leken niet levensvatbaar als het niet om te beginnen al seculier zou zijn geweest.

Omdat het concept van Judeo-Christendom religieus gezien ongeldig is, vervult het andere doelen. In een wereld waar politieke loyaliteiten de betekenissen van geloof hebben vervangen, vervult het Judeo-Christendom de rol van een seculiere cultus. Het doel van een dergelijke cultus is feitelijk om Christenen te ont-Christelijken. De mensen die het concept hebben uitgevonden, voorspelden dat na het falen van de USSR om het atheïsme op te leggen, het verwijderen van religie doormiddel van geweld niet langer mogelijk zou zijn. Echter door een aantal Christelijke ideeën aan te spreken en deze langzaam te keren, konden zij dit doel wel bereiken. De rol van het Judeo-Christendom als een puur seculiere motivator is de reflectie van het feit dat men als "Jood" mag worden beschouwd als deze niet religieus is. Immers als het Judeo-Christendom de kern van de Westerse beschaving is, dan bestaat er geen enkele manier waarop een samenleving in het Westen goed kan worden geïdentificeerd als behorend of bestuurd door Christelijke doctrines.

Voor Amerikanen en West-Europeanen vervult het gebruiken van de term "Judeo-Christendom" een rol om Joden in de hoofdlijn van de samenleving te integreren. Wellicht in een poging om de beschuldigingen dat zij de overweldigers van het Westerse arbeiders ethos zijn te beperken. Echter op bepaalde manieren spreekt de geschiedenis dit wederom tegen. Van Karl Marx, Sigmund Freud, Leon Trotsky, moderne neo-conservatieven tot de politico-sociale bewegingen die het eens Christelijke Europa hebben aangevreten werden voor het overgrote deel geleid en georganiseerd door mensen die zichzelf identificeerden als Joods.

De Joodse "kern" van "Judeo-Christendom" kan bezien worden door de houding van moderne Protestantse kerken naar Israël. In ruil daarvoor is het "Judeo-Christendom", of haar geseculariseerde en geïnstitutionaliseerde vorm, acceptabel genoeg geworden voor de Joden om de Christenen (eens hun vijanden) als hun bondgenoot te beschouwen. Onder de "Judeo-Christelijke" doctrine hebben de Joden hun status als "gekozen volk" opnieuw geclaimd en de zogenaamde "Christelijke" Zionisten zijn begonnen om de lofzang van Israël te zingen. Het is dit geloof die heiligheid toeschrijft aan de staat Israël. Dit op zichzelf is waarschijnlijk een andere uitgroei van het bizarre Judeo-Christelijke "geloof" of Shoa-isme. Vanwege deze reden wordt het Judeo-Christendom maar al te gemakkelijk gebruikt door de leiders van Israël om een politieke agenda door te voeren die een buitenlandse politieke staat bevoordeeld over de rug van Amerika en het belang van haar mede-Christenen. Uiteraard AIPAC en Amerikaanse zakenmensen hebben (winst) belangen in oorlog en voeren campagne voor nieuwe oorlogen. Het zijn echter de Judeo-Christenen die de brandstof op het vuur gooien.

Uiteindelijk zijn de zogenaamde Judeo-Christelijke waarden slechts een andere manifestatie van het modernisme en militante secularisme. Zij zijn de uitgroei van een doctrine die zichzelf niet hoeft te verbeteren door de naleving van een Goddelijke leiding, maar een dogma dat is gecreëerd door de moderne samenlevingen.

Riding The Tiger

Geen opmerkingen:

Een reactie posten