Pagina's

woensdag 16 oktober 2013

De Politieke Islam: Vijand of Bondgenoot?

"De Islam heeft niet de bedoeling om geloof aan mensen op te dringen, maar de Islam is niet louter 'een geloof'. Zoals wij al aangetoond hebben is de Islam een vrijheidsverklaring van de mens, van de dienstbaarheid aan de andere mens. Zodoende streeft het vanaf het begin af aan naar de afschaffing van al die systemen en regeringen, die gebaseerd zijn op de overheersing van de ene mens over de andere mens."  - Sayyid Qutb, Mijlpalen


Tegenwoordig zien we in Europa een alsmaar sterker wordende anti-Islamitische trend ontstaan. Dit vijandsbeeld baseert zich grotendeels op de theorie van de "botsing der beschavingen" (clash of civilizations). Deze is geformuleerd door de Amerikaanse zionist en neoconservatief Samuel Phillips Huntington. Huntington stelde dat er na de Koude oorlog een nieuwe tegenstelling zou ontstaan; namelijk een tegenstelling tussen verschillende culturen en dan met name tussen de Islam en de Westerse beschaving. Binnen dit idee vertegenwoordigt de Islam het gezicht van de barbarij, dat zich niet wenst neer te leggen bij de "vooruitgang" en "vrijheden" die de Westerse beschaving te bieden zouden hebben. Binnen de neoconservatieve retoriek wordt "beschaving" hier dus gedefinieerd in de zin van de Westerse liberale waarden zoals zgn. "universele vrijheid" en "democratie". Het houdt na de val van het Communisme als vijandsbeeld het paradigma van de Westerse beschaving tegen de rest van de wereld in stand. De theorie van Huntington is dan ook puur ideologisch van aard en streeft ernaar het Westerse liberaal-kapitalistische systeem neer te zetten als de enige mogelijke vorm van "beschaving" die een universele geldigheid zou kennen en waaraan dus ieder volk op aarde zich zou moeten onderwerpen. 

De zogenaamde "oorlog tegen het terrorisme" (war on terror) die als publieke rechtvaardiging moet dienen voor de imperialistische agenda van de Westerse machten, gebruikt dit simplistische vijanddenken om deze agenda door te voeren. De aanslag op de WTC torens in New York op 9/11, als vergelding voor de Amerikaanse agressie in de Islamitische wereld, werd dan ook al snel door de Amerikaanse regering onder President Bush misbruikt als een "bewijs" om de theorie van Huntington te staven, zodat het Amerikaans imperialisme gesteund door de publieke opinie haar imperialistische ambities in het Midden-Oosten waar kon maken. Dit zorgde voor een voedingsbodem voor de meest radicale vormen van Islamfobie en heeft een ware hetze tegen Moslims ontketend, met name tegen het "Islamisme" (beter bekend als de "politieke Islam"). 


Binnen de nationale beweging, die inmiddels een steeds grotere uitdrager van deze anti-Islamitische hetze aan het worden is, heerst dan ook nogal wat verwarring. De "botsing der beschavingen" retoriek heeft er voor gezorgd dat veel nationalisten zich in ruil voor legitimiteit tot het neoconservatieve rechts-populisme hebben laten verleiden en zich daarmee bewust of onbewust voor het uiterst reactionaire wagentje van het imperialistische en zionistische kamp hebben laten spannen. In dit artikel zullen wij ons standpunt inzake de Islam en het Islamisme proberen te verduidelijken vanuit een nationaal-revolutionair perspectief.


De Islam

Er is geen enkel heilig boek in staat om mensen voor vele eeuwen te begeesteren en te inspireren als deze niet verschillende boodschappen te bieden heeft die open staan voor individuele interpretaties en die toepasbaar zijn onder verschillende omstandigheden. Dit gaat natuurlijk ook op voor de Koran. De Islam verschilt in dit opzicht geenszins van de andere grote monotheïstische wereldreligies (zoals o.a. het Christendom). Net als andere religies kan de Islam zowel de armen en onderdrukten, als de rijken en onderdrukkers aanspreken. Net als het Christendom leent de Islam zichzelf als een verlangen naar een beter leven voor de armen, maar ook als een instrument om de geprivilegieerde positie van de machtigen te beschermen. Religie is dan ook geen historische kracht op zichzelf, want hoewel religieuze instellingen en ideeën een belangrijke rol in de wereldgeschiedenis spelen, staat deze rol niet los van de materiële werkelijkheid waarin het zich bevind. Mensen waren altijd in staat om hun eigen interpretaties te geven aan de godsdienstige ideeën die zij hadden. Meestal waren deze interpretaties afhankelijk van de eigen materiële situatie, hun verhouding met andere mensen en de conflicten waar zij zich in bevonden.

In dat opzicht ontstond de Islam in de Arabische maatschappij van de zevende eeuw, die veelal via stamverbanden georganiseerd was. Haar grondlegger was de Profeet Mohammed, die tot de clan van de Qoeraysj, de Hasjim, behoorde en op het Arabische schiereiland leefde. De eerste openbaringen van de Koran vonden plaats in 610 op de berg Hira vlakbij bij de stad Mekka. Het eerste politieke Islamitische document was de overeenkomst van Medina, waarin de Profeet de rechten en plichten liet vastleggen die opgesteld werden voor de Oemma (de Islamitische gemeenschap). Hiermee werd de eerste Islamitische staat geboren. De Islam kwam echter pas echt tot bloei na het ontstaan van een aantal opeenvolgende imperia (kalifaten). Het voortbestaan van deze religie hing, net als bij het Christendom, grotendeels af van haar vermogen om zich aan te passen aan de verschillende belangen van de verschillende klassen. De Islam bood dus een evenwicht tussen enerzijds een bepaalde mate van bescherming voor de onderdrukte klassen en anderzijds een bescherming voor de onderdrukkende klassen tegen een opstand door de onderdrukte klassen. 

De Islam vertegenwoordigt net als de meeste andere religies geen homogeen ideeënstelsel. Nadat de Islam zich over grote delen van het Euraziatisch continent verspreid had, voegden veel van de volkeren die onderdeel van de Islamitische gemeenschap werden, hun oude godsdienstige en traditionele gebruiken toe aan deze religie waardoor er nieuwe stromingen en varianten op de Islam ontstonden. We kunnen dan  ook de conclusie trekken dat de Islam niet fundamenteel van haar zusterreligies (Christendom en Jodendom) verschilt, maar eerder zeer grote overeenkomsten kent. Als nationaal-revolutionairen kennen wij de Islam dan ook geen aparte status toe ten opzichte van andere religies. 



De Politieke Islam

In de 20ste eeuw vond er een Islamitische heropleving plaats. Deze heropleving ontstond als een reactie op de imperialistische expansie van het Westen die hun militaire overmacht gebruikten om het Midden-Oosten te veroveren, te onderdrukken en uit te buiten. Dit ging met veel bloedvergieten gepaard en de desastreuze gevolgen zijn tot op de dag van vandaag voelbaar. Ook nu nog worden de natuurlijke grondstoffen en de olievoorraden van het Midden-Oosten geëxploiteerd ten gunste van enkele multinationals en ten koste van de lokale volkeren. Arabische leiders verkwanselen de belangen van hun volkeren, die gedwongen zijn om in grote armoede te leven. In deze situatie ontstond "het Islamisme", ook wel bekend als "de politieke Islam". Volgens de Islamisten werd de situatie in het Midden-Oosten veroorzaakt doordat de Islamitische waarden gecorrumpeerd waren. Enkel een terugkeer naar de ware Islam kon leiden tot een herstel van de Islamitische gemeenschap. In de post-koloniale tijd, tijdens de economische crisis van de jaren '80, groeide de aantrekkingskracht van het Islamisme nog meer doordat de tegenstellingen tussen de arme massa's en de rijke elites nog groter dan voorheen werden. De rijke elites die de welvaart bezaten hielden er veelal een decadente "Westerse" levensstijl op na en werden door de arme massa's dan ook al snel beschuldigd van "on-Islamitisch" gedrag. 

Een van de grondleggers van de politieke Islam was Sayyid Qutb (1906-1966), die na twee en een half jaar de decadente levensstijl van het Westen aan den lijve in Amerika ondervonden te hebben, terugkeerde naar zijn vaderland Egypte om zich daar bij de Moslimbroederschap aan te sluiten. In zijn werken hekelde hij de decadente moderne "Westerse" cultuur. In zijn visie werd de Islamitische wereld geregeerd door corrupte en verwesterde dictators en prinsen, wiens geestelijk achteloze en onwetende beleid overeen kwam met dat van de Jahili Arabieren (= de heidense Arabieren voor de openbaring van de Koran). Sayyid pleitte ervoor om deze corrupte regimes omver te werpen en "de ware Islam" te herstellen. Hierbij baseert hij zich vooral op de werken van de Hanbalitische* jurist en purist Ibn Taymiyya (1268-1328). Sayyib zijn concept van de politieke Islam moet gezien worden in de context van een ideologie die erop gericht is om de onderdrukten in de postkoloniale Islamitische wereld te verenigen in hun zoektocht naar sociale-, economische- en politieke gerechtigheid.     


Het Islamisme onderscheidt zichzelf hier als stroming omdat zij niet in conservatieve zin de oude orde wil behouden , maar omdat zij ernaar streeft de moderne maatschappij te veranderen op basis van de Islamitische waarden. Het streven om een mythisch verleden te herscheppen betekent hier dus niet het intact laten van de huidige maatschappij of een terugkeer naar de Middeleeuwen, maar het radicaal transformeren van de moderne maatschappij. De vernieuwing die Islamisten voorstaan moet dan ook opgevat worden als een strijd tegen de staat en tegen de politieke overheersing van het imperialisme. Het is ontstaan in samenlevingen die door de drastische gevolgen van het imperialisme om verzet riepen. Islamisme is de politieke expressie van mensen die in deze samenlevingen opgegroeid zijn met respect voor de Islamitische ideeën en waarden en die deze ideeën en waarden toepassen in een poging om de tegenstellingen en het onrecht tegen te gaan. De grootste aanhang van de Islamisten is te vinden onder de armen op het platteland en diegenen die naar de steden trekken in hun wanhopige zoektocht naar werk. Echter het belangrijkste element dat het Islamisme in stand houdt is de nieuwe middenklasse (de kleinburgerij), die ontstaan is als gevolg van de modernisering van de Arabische wereld. Zij vormen het onmisbare kader van de Islamisten en verspreiden de leer van de politieke islam onder de arme volksmassa´s. Veel van deze Islamitische intellectuelen zijn goed opgeleid en vormen een brug naar de arme volksmassa´s in de sloppenwijken en op het platteland. Deze goedopgeleide jongeren zijn er heilig van overtuigd dat de Islam een grote maatschappelijke verandering en sociale gerechtigheid teweeg kan brengen.


Eindconclusie

Omdat de politieke Islam door de kleinburgerij gedragen wordt, heeft zij een kleinburgerlijk klassenkarakter dat vergelijkbaar is met dat van de klassieke corporatistische bewegingen. Net als het klassieke corporatisme (het Peronisme, etc.) werd de politieke Islam in de straten geboren als een kleinburgerlijke beweging, die de arme volksmassa's wist te mobiliseren. Het Islamisme kent net als het klassieke corporatisme een tegenstrijdig karakter dat zowel revolutionaire en reactionaire elementen bevat. Het probleem ligt hem in het feit dat de kleinburgerij als klasse niet in staat is om een onafhankelijke en consequente koers te varen. Enerzijds hoopt de kleinburgerij te kunnen profiteren van een radicale verandering, maar anderzijds blijft de zekerheid van het conservatisme naar hen lonken. De politieke Islam faalt er dus - net als het klassieke corporatisme - in om de materiële uitbuiting door het kapitalisme aan te klagen, omdat zij zich beperkt tot het cultureel imperialisme (verwestering) als de bron van al het kwaad. Dus hoewel de politieke Islam zeer goed in staat is om de verbittering van de bevolking te mobiliseren, verlamt zij deze tegelijkertijd doordat zij geen daadwerkelijke antikapitalistische oplossing kan bieden. Het project om de maatschappij te veranderen op basis van de Islamitische waarden die de Profeet Mohammed in de zevende eeuw predikte, is feitelijk dan ook een utopie die voortkomt uit het verarmde deel van de kleinburgerij en die hoop biedt aan de onderdrukten in de Islamitische wereld. 

Laten wij duidelijk zijn; de politieke Islam als een kleinburgerlijke beweging is niet onze echte vijand. Het zijn niet de Islamisten die schuldig zijn aan het (neo)liberaal-kapitalistisch systeem. Zij zijn niet schuldig aan de onderwerping van volkeren in een oneindig streven naar meer en meer winst en zij zijn ook niet schuldig aan de imperialistische agressieoorlogen die wereldwijd gevoerd worden! Het Islamisme heeft juist een sterk destabiliserend effect op de belangen van het monopoliekapitaal in het Midden-Oosten en vormt een belangrijk obstakel voor de koloniale ondernemingen van het Zionisme. Hoewel Islamisten dan wel de vertegenwoordigers zijn van de kleinburgerlijke klasse die proberen om het proletariaat te beïnvloeden, en dus geen bondgenoten zijn, kunnen we eveneens geen afzijdige houding ten opzichte van hen aannemen. In hun Islamitische gemeenschappen vormen zij de voorhoede van grote maatschappelijke groepen die onder de neoliberale en imperialistische uitbuiting te lijden hebben. Hun opstandige geest kan dan ook aangeboord worden voor revolutionaire doelstellingen als de opkomende arbeidersstrijd hier een bepalende rol in kan nemen. De politieke Islam is het product van een diepe maatschappelijke crisis, maar niet in staat om het op te lossen omdat zij geen antikapitalistisch alternatief te bieden hebben. Hoewel we het met de Islamisten oneens zijn over een aantal zeer belangrijke vraagstukken, zullen we in veel gevallen toch aan dezelfde kant als de Islamisten staan in de wereldwijde strijd tegen het imperialisme en het zionisme. Hun verzet verdient dan ook onze kritische solidariteit op basis van het recht op nationale zelfbeschikking! 


*Het Hanbalisme is binnen de Soennitische islam een van de vier scholen (Madhhabs) ten aanzien van de godsdienstige wet, de Fiqh.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten